overprikkeling-voorkomen-kind

Kinderen met leerproblemen zijn makkelijker overprikkeld. En kinderen die snel overprikkeld raken hebben het vaak ook lastiger op school. Hoe komt dat? En wat kan jij als ouder doen om overprikkeling te voorkomen bij je kind? Hoeveel rustiger zou het dan in je gezin zijn?

Charlotte Feyaerts vertelt het ons in een interview dat ik met haar deed. In dit weetje vind je de belangrijkste zaken. Wil je het hele interview bekijken?  We maakten er een mooie video van…

Want de manier van denken van je kind heeft niet alleen een invloed op het leren maar kan er ook voor zorgen dat je kind makkelijk overprikkeld raakt. Straks weet je hoe je je kind kunt helpen met leren én met overpikkeling en wat de link tussen de twee is.

Zo voelt het om overprikkeld te zijn…

Je was een hele dag gaan shoppen met de solden (voor corona) en het was druk in de winkels. Je moest bijna vechten om dat ene kledingstuk te pakken te krijgen, want er stonden zoveel dames te graaien in de bakken met grote afprijzingen. Je hebt je slag kunnen slagen en je komt moe thuis. Je ploft in de zetel en je wil nu geen gezeur rond je hoofd. Alles is nu te veel, elk geluidje en elke vraag. Dit is overprikkeling!

Je ging met je kind naar een binnenspeeltuin: het was super leuk! Er waren veel kindjes en je kind heeft zich heel erg goed kunnen uitleven. Je kind is druk als jullie naar huis gaan en ook thuis blijft het druk doen. En je kind kan er zelfs niet van in slaap geraken.

Het hoofdje blijft maar doordraaien: alles wat er is gebeurd, die dag, komt allemaal nog eens voorbij. Dan is je kind ook overprikkeld.

Iedereen is wel eens overprikkeld, maar sommigen zijn er gevoeliger voor dan anderen.

Waarom zijn sommigen makkelijker overprikkeld?

Heel wat mensen beredeneren de wereld en vinden het helemaal niet speciaal om bv. in te checken voor de vlucht op de luchthaven. Je gaat gewoon op het juiste uur, je wacht in de juiste rij, enz.

Wat kan daar “druk” aan zijn?

Voor hoog sensitieve mensen is dit heel anders! Zij beleven de wereld, waardoor er veel meer prikkels binnen komen.

Voor hen is het niet gewoon naar de luchthaven gaan. Nee, zij merken elk geluidje, elke beweging op. Alles weergalmt dan nog eens “fijn” waardoor het allemaal luider wordt. En het is al zo luid voor de hoog sensitieve persoon omdat alle prikkels om hem heen beleefd worden. Alles komt daardoor versterkt binnen, alsof er een versterker zou tussen staan.

Het effect is dat de hoog sensitieve persoon in deze situatie makkelijk overprikkeld raakt door alles wat er om hem heen gebeurt.

Het verschil tussen deze twee personen zit in hoe ze denken. Ze gebruiken andere denksystemen. De persoon die beredeneert gebruikt dominant zijn linker hersenhelft (dat is beredeneren, logica, tijd, planning, taal…). Je zou kunnen zeggen dat deze persoon eerder een “talige denker” is.

De hoog sensitieve persoon gebruikt dominant de rechter hersenhelft waar beeld en beleving belangrijk zijn. Je zou hem een “beelddenker” kunnen noemen.

Als je weet dat je op 1 seconde 5 woorden uit je hersenpan kunt ophalen en wel 40 beelden op die ene seconde kunt verwerken, dan besef je waarom de “beelddenker” veel meer prikkels ervaart dan de “talige denker”. Er komt ook gewoon meer informatie binnen die verwerkt moet worden.

En dat kost energie…

Daarom is je kind ook zo snel overprikkeld! Veel input om te verwerken!

Leestip: las je het boek “Hoog sensitieve personen – Hoe blijf je overeind als de wereld je overweldigt” al?

Misschien is dit wel heel herkenbaar, want hoog sensitiviteit is erfelijk…

Hoe herken je overprikkeling bij je kind?

Overprikkeling kan zich op verschillende manieren uiten bij je kind en elk kind is verschillend. Niet alle signalen hoeven bij je kind te passen en een ander kind zal dan weer een mix van andere signalen hebben:

  • plots boos worden
  • emotioneel reageren
  • onzeker
  • wenen
  • moeilijk concentreren
  • moe / niet kunnen slapen
  • gefrustreerd
  • geïrriteerd of prikkelbaar zijn
  • laag werktempo
  • perfectionisme
  • laag zelfbeeld
  • faalangst
  • angstig
  • het gevoel hebben dat alles te veel is
  • zich leeg voelen
  • letterlijk ontploffen
  • agressief gedragen (bv. Alles van je bureau gooien)
  • licht of geluid moeilijk te verdragen (bv. Kind dat met de handen op de oren op de speelplaats zit)
  • moeite met nieuwe dingen

Wat doen die prikkels?

Die prikkels komen binnen via de zintuigen: horen, zien, voelen, ruiken en proeven.

Ze kunnen bewust of onbewust zijn. Er zijn interne prikkels en externe prikkels.

De externe prikkels, dat is onze omgeving: een knipperend licht, veel gepraat van andere mensen, iemand die met zijn vingers tikt, de onrust van iemand anders die wordt aangevoeld, te weinig structuur, enz.

Interne prikkels kunnen we niet ‘zien’. Denk maar aan piekeren, angst, faalangst, verlatingsangst, onzekerheid, perfectionisme, schuldgevoel, enz.

Deze prikkels zorgen dan voor overprikkeling.

Kinderen zijn de spiegel van hun ouders. Als een ouder overprikkeld is, dan raakt het kind ook overprikkeld. En andersom werkt het ook: als het kind overprikkeld is, heeft dat ook invloed op de ouder en raakt die ook overprikkeld. Je beïnvloedt elkaar.

Dus wat kan je dan doen om al die prikkels naar beneden te brengen? Hoe breng je de rust weer terug? Voor we daar op kunnen antwoorden moeten we eerst weten welke weg de prikkels nemen…

De weg van de prikkels…

De informatie van die prikkels wordt niet goed verwerkt in de hersenen. Het kost gewoon veel moeite om al die prikkels te verwerken, wanneer je overprikkeld bent. Die prikkels eisen de aandacht!

De prikkels worden sneller en intensiever beleefd (rechter hersenhelft!). Daarbij zijn de hersenen en het zenuwstelsel veel gevoeliger. Het zenuwstelsel heeft dan rust nodig om die prikkels te kunnen verwerken en weer te herstellen. Als we dat niet doen dan ontstaat er chronische overprikkeling.

Je kan eens een keertje overprikkeld zijn, zoals na een hele dag shoppen of na een dag in de binnenspeeltuin, maar als dat dagelijks en verschillende keren per dag is, dan kan dat chronische overpikkeling worden. Chronische overpikkeling kan je dagelijkse functioneren erg verstoren.

Dat kan je herkennen bij kinderen met gedragsproblemen of kinderen die vaak alleen willen zijn of juist heel assertief zijn of bij slaap- of angststoornissen (bv. Faalangst).

Overprikkeling voorkomen beter dan genezen…

De ultieme tip: overprikkeling voorkomen is beter dan overprikkeling genezen!

Leer de eerste signalen herkennen bij je kind dat er een overprikkeling op komst is.

Dat zou kunnen zijn dat je kind met de handen op de oren zit. Of de concentratie begint weg te vallen.

Als je dan die eerste signalen ziet, dan moet je onmiddellijk stoppen met wat jij of je kind mee bezig is. En dan moet je naar die rust gaan. Dat zou een rustmoment zijn of gaan naar een “rustplek”, zodat de prikkels verwerkt kunnen worden.

Charlotte Feyaerts heeft een gratis e-book geschreven waar je een hele lijst met tips vindt om die rust te vinden. In deze lijst vind je vast de manier om die rust te vinden die bij jouw kind past, want iedereen is immers uniek. Werkt de eerste tip niet, probeer dan een andere!

Je kan de tips van Charlotte hier downloaden: 7 tips bij overprikkeling voorkomen kind.

Hoog sensitief zijn is ook een gave

Als je kind hoog sensitief is en daarom makkelijk overprikkeld raakt, dat hoeft niet altijd negatief te zijn. Wie hoog sensitief is voelt anderen ook heel goed aan. Deze mensen zijn de beste psychologen of de beste vriendinnen of vrienden van wie je voelt dat ze je echt begrijpen en aanvoelen.

Dat versterkt banden en trekt ook andere mensen aan. Dat is echt een gave die door anderen heel erg gewaardeerd wordt!

Alleen opletten dat deze prikkels van anderen je dan niet overprikkelen. Balans vinden is de kunst.

Hoe overprikkeling voorkomen bij je kind?

Wil je die overprikkeling voorkomen bij je kind en naar die rust gaan met je gezin? Dan kan Charlotte je helpen!

Charlotte helpt ouders en hun kind ook 1 op 1 naar die rust.

Charlotte helpt  niet alleen je kind maar ook jou als ouder om die overprikkeling te voorkomen en te verruilen met rust en positiviteit! Je leert de signalen herkennen. Je leert technieken. Bovendien helpt ze je ook om die nieuwe technieken en manieren om ermee om te gaan vol te houden. Zo vinden jullie die rust weer! Hoe zalig zou dat zijn….

Vlot op school in rust en positiviteit

In dit traject wordt je kind door een Kernvisie coach én een Kinderrust coach begeleid.

An helpt met de Kernvisie methode je kind met leren en zelfvertrouwen.

Charlotte helpt je kind en jou als kinderrust coach. Ze gaat dieper in op het sociaal emotionele stuk en helpt om weer rust te vinden.

Vlot op school in rust en positiviteit